Baby’s slapen in de eerste maanden alleen het aantal uren dat ze nodig hebben. Je ziet bij je eigen kindje snel of hij een echte slaapkop is of dat hij veel wakker is. Bij een goed ritme is het niet erg dat hij veel wakker is. Sommige baby’s hebben moeite met inslapen en hebben extra hulp nodig om een slaap- en waakritme te krijgen.

Voor kinderen is slaap erg belangrijk. Tijdens hun slaap groeien ze. De hypofyse maakt tijdens hun slaap een groeihormoon aan. Je baby kent het verschil nog niet tussen dag en nacht. Na ongeveer een maand zul je merken dat je baby meer ’s nachts gaat slapen dan overdag. De meeste baby’s hebben al vrij snel een goed slaapritme. Normaal gesproken herken je de vermoeidheidssignalen, maar wanneer een baby oververmoeid raakt, vaak huilt en wakker ligt, kunnen deze signalen niet meer goed te zien zijn.

Vaste slaaprituelen
Je baby doet heel veel nieuwe indrukken op. Hij hoort allerlei geluiden, ziet en voelt dingen. Door te veel van deze indrukken kunnen ze meer gaan huilen en slecht slapen. Je kunt dan meer rust en regelmaat in het leven van je baby inbouwen door vaste slaaprituelen te hanteren. Dit begint al met vaste tijden waarop je baby naar bed gaat. Ook kun je het slapen koppelen aan bepaalde plaatsen. Slapen doe je in bed en spelen in de box. Je baby gaat deze dingen herkennen. Leg je kindje altijd wakker in zijn bedje, zodat hij kan wennen aan het inslapen. Je peuter kun je voor het slapen gaan ook een vast ritueel aanleren. Voor het slapen in bad en daarna voorlezen geeft heel veel rust voor de kleine. Ook samen de dag doornemen helpt om alle indrukken een plekje te geven en geeft dus ook meer rust voor het slapen gaan.

Wakker liggen
Peuters kunnen wakker liggen omdat ze bang zijn in het donker of piekeren over gebeurtenissen van die dag. Je kindje kan dan onrustig worden en gaan huilen. Haal je kindje nooit uit bed en leg hem ook niet in je eigen bed. Je kindje zal dan nooit meer makkelijk in zijn eigen bedje slapen en heeft een ideaal chantagemiddel in handen. Jij wilt immers ook van je nachtrust genieten en zal sneller denken ‘ach, laat maar liggen, dan slapen we allemaal lekker’. Dat is misschien leuk als je kindje nog klein is, maar wat als hij een jaar of zeven is en nog steeds niet graag alleen slaapt?

Doorslaaptips

  1. Een Rustige Nacht Begint Bij Een Rustige Dag. Zorg Voor Een Vast Dagritme En Rustmomenten Overdag.
  2. Een Vast ‘Naar-Bed-Gaan-Ritueel’ Is Onmisbaar Voor Jonge Kinderen. Hetzelfde Liedje Of Hetzelfde Verhaaltje Maakt Hun Het Naar Bed Gaan Begrijpbaar.
  3. Kinderen Houden Van Duidelijkheid En Voorspelbaarheid. Wanneer Je Iedere Nacht Anders Reageert, Is Dit Onduidelijk En Reageren Kinderen Met Nog Meer Huilen En Weerstand Om (Alleen) In Slaap Te Vallen.

Slaap-paniekstoornis
In de eerste levensjaren zijn er nogal wat kinderen met een typische slaapstoornis. Deze kenmerkt zich door plotseling wakker worden. Je kindje heeft dan een angstige en verwarde blik in zijn ogen. Dit verdwijnt gelukkig snel en na ongeveer tien minuten zal je kleine vanzelf weer in slaap vallen. De volgende dag kan hij zich niets meer herinneren.

Nachtmerries
Een slaap-paniekstoornis is iets heel anders dan een nachtmerrie. Dit worden ook wel angstdromen genoemd. Je kindje kan zich deze dromen dan ook goed herinneren de volgende dag. Meestal zijn bepaalde spanningen in de omgeving, zoals thuis of op de crèche, de aanleiding voor een nachtmerrie. Mochten nachtmerries frequent voorkomen, dan is het goed om te kijken wat hiervan de aanleiding is.

Aanhoudende slaapproblemen
Wanneer je kindje aanhoudende slaapproblemen heeft, is het goed om hiermee bij de huisarts langs te gaan. Je kindje kan bijvoorbeeld problemen hebben met zijn oren. Een middenoorontsteking doet liggend meer zeer, waardoor je kindje er pas met bedtijd echt last van krijgt. Zo zijn er nog heel veel andere oorzaken te bedenken waardoor je kindje structureel slecht slaapt.