Wanneer jouw kindje na het voeden hard, lang en ontroostbaar huilt, met zijn beentjes trapt, deze optrekt of juist helemaal strekt en een opgezet buikje heeft, kun je ervan uitgaan dat hij last heeft van darmkrampjes.

Baby’s krijgen lucht binnen omdat ze bijvoorbeeld te gulzig drinken of eten, of veel huilen. Overtollig lucht kan zich vormen tot kleine gasbellen die vastzitten in de darmen. Het niet kwijt kunnen van vast- zittende lucht is voor je baby erg pijnlijk, maar gelukkig is het hebben van krampjes geen medisch probleem. Ongeveer 60% van de baby’s heeft zo nu en dan last van buik- en darmkrampjes en 10% heeft zelfs zeer vaak last.

Symptomen van krampjes:

  • Schril en doordringend huilen, vaak gedurende meerdere uren per dag
  • Het optrekken van de beentjes tot aan de borst
  • Het samenballen van de hand tot een vuist
  • Rood gezicht tijdens het huilen (gesloten ogen)
  • Geen andere aanwijsbare reden voor het huilen

Darmen in ontwikkeling
Al vanaf de geboorte kan een baby last krijgen van buik- en darmkrampjes. De darmen zijn nog niet gewend aan hun nieuwe functie, namelijk het verteren van voedsel. Naast een gevolg van overtollig lucht kunnen darmkrampjes ook een symptoom zijn van de natuurlijke ontwikkeling van de darmen. Het darmstelsel van een baby is pas na ongeveer zes maanden volgroeid. Vanaf dat moment komen krampjes (bijna) niet meer voor. Een tijdelijk probleem Baby’s met kramp zijn ontroostbaar en geven je als ouder een gevoel van machteloosheid. Gelukkig zijn buik- en darmkrampjes een tijdelijk probleem en in de meeste gevallen verdwijnen deze na 3 tot 4 maanden. Als je kindje goed en normaal groeit, hoef je je geen zorgen te maken.